Kapitale juridische misvattingen bij voorstanders hervatting aanlevering ROM-data
Bij het lezen van de berichtgeving over het hervatten van het aanleveren van Routine Outcome Monitoring(ROM)-data aan de Stichting Benchmark GGZ(SBG), valt op dat men telkens spreekt over geanonimiseerde data. Al eerder becommentarieerde ik deze actie, omdat het pseudonimisatie betreft. Er lijkt een hele rare gedachtenkronkel te zitten bij de toepassing van het begrip “veronderstelde toestemming” als er echt sprake zou zijn van anonieme data. Als dat het geval zou zijn, zou er niet sprake zijn van (bijzondere) persoonsgegevens en het vragen van toestemming niet noodzakelijk zijn. Het creëren van de gekunstelde constructie van de “veronderstelde toestemming” zou dan ook niet nodig zijn. Er is sinds het Kort Geding over het aanleveren van ROM-data aan SBG een zeer verwarrende discussie gaande of de aan SBG te leveren ROM-data nu persoonsgegevens zijn. Dat wordt door de GGZ-instellingen, die de aanlevering hervatten, Parnassia en Lentis in alle toonaarden ontkent. Het toch vasthouden aan de dubieuze constructie van de “veronderstelde toestemming” door GGZ Nederland impliceert dat men toch is gaan beseffen dat het bij ROM-data(inclusief de, zeer uitgebreide, Minimale DataSet) gaat om de verwerking van (medische) persoonsgegevens. Daarnaast kan een heel andere reden spelen. Dat is het ingaan van de Algemene Verordening Gegevensbescherming(AVG) op 25 mei 2018. Daardoor zou men ook helemaal niet af willen van de gedachte dat het om persoonsgegevens gaat. Met bovendien de gedachte dat met de AVG in de hand de ROM-data-levering aan SBG geen probleem meer is. Dat is echter een kapitale misvatting. Lees meer
Recente reacties