Berichten

Taylorisme en New Public Management als destructieve, (de)fragmenterende en deprofessionaliserende krachten in de GGZ

organogram

De afgelopen week viel mijn oog op een kort bericht op LinkedIn van de psychiater Cobie Groenendijk. Zij vertrok per 1 september 2017 bij de grote Geestelijke GezondheidsZorg(GGZ)-instelling Arkin. Het bericht dat ze schreef was nog geen kwart A-4 groot, maar trok tot op dit moment ruim 70.000 (ja zeker: zeventigduizend) lezers. (De schermafdruk was gemaakt bij 38037 lezers.) Met zoveel lezers is dat meer dan individueel signaal. Zij beschrijft haar overstap van een grootschalige GGZ-instelling, die sterk beïnvloed wordt door zorgverzekeraars, naar een kleinschalige, contractvrije. Om zich te kunnen blijven concentreren op patiënten en daar met hoofd en hart voor beschikbaar te zijn trekt ze zich terug uit de marktcultuur waar de grote GGZ-instellingen door zorgverzekeraars toe gedwongen worden. Ze beschrijft een cultuur waarin over de patiënt gecommuniceerd wordt als product, over behandeling als tijd-schrijven en productie-scoren. Een systeem waarin behandelgegevens niet veilig meer zijn en deze onder dwang van zorgverzekeraars zonder toestemming moeten worden doorgegeven(ROM-data). De cultuur van targets en productieklokken. Zij is niet de enige die de grootschalige GGZ vaarwel zegt. In het septembernummer van De Psychiater beschrijft hoofdredacteur en psychiater( bij GGz Centraal) Piet Verhagen de ware exodus van psychiaters en psychologen uit de GGZ. Eigenlijk allemaal om dezelfde reden. De dieper liggende oorzaak van de problematiek is het in de jaren negentig van de vorige eeuw door de toenmalige Haagse bestuurderen omarmen van de principes van het New Public Management(NPM) en daarmee het taylorisme.

Lees meer

Minister Schippers: patiënt heeft recht doorlevering ROM-data aan SBG te weigeren

no

Op 4 september 2017 beantwoordde minister Schippers van VWS Kamervragen die gesteld waren door de D66-Kamerleden Diertens en Verhoeven. De vragen gingen over patiënten die onder druk gezet worden om bijzondere persoonsgegevens in de vorm van ROM-data af te staan in de geestelijke gezondheidszorg(GGZ). Aanleiding was het aanzeggen van een boete van 45 euro aan een client van de GGZ-instelling Centiv, die geen ROM-lijsten wilde invullen als die vervolgens doorgestuurd werden naar de Stichting Benchmark GGZ(SBG). Bij de beantwoording van de vragen blijkt de minister toch opeens begrip te hebben voor het standpunt van hen die doorsturing van ROM-data weigeren. Ze zegt het dreigen met een boete door de GGZ-zorginstelling Centiv als onacceptabel te beschouwen. Daarbij zegt ze wel direct dat Centiv nooit daadwerkelijk is overgegaan tot het innen van de boete. Dat doet niets af aan het onder druk zetten van de patiënt door het aanzeggen van die boete. Graag zou ik in de volgende alinea’s verder ingaan op de beantwoording van de Kamervragen.

Lees meer

Beoogd “Engelse” model voor GGZ-financiering alhier in Verenigd Koninkrijk niet functionerend

teleurstellingEnkele dagen terug publiceerde ik op deze website over de wijze waarop door de Nederlandse Zorgautoriteit(NZa) desnoods kwaadschiks bereid is zorgaanbieders aan te wijzen om deel te nemen aan veldpilots voor het beoogde “Engelse” model van GGZ-financiering. Het aparte aan het willen invoeren van het zorgclustermodel naar Engels voorbeeld is dat in het Verenigd Koninkrijk deze wijze van financiering helemaal niet functioneert en er dus daar ook geen ervaring mee bestaat. Over dit onderwerp hebben Theo Broekman en Gerard Schippers in maart 2017 een zeer helder overzicht geschreven in nummer 6 van Bêta-Prikkel. Het is de zesde publicatie in een reeks die haar eerste uitgave kende in 1987. Ik memoreerde de publicatie aan het eind van mijn recente artikel. In de publicatie van Broekman en Schippers maken de auteurs uitermate duidelijk dat het “Engelse model” absoluut ongeschikt is om te gaan toepassen in Nederland en de radicale ingreep om het huidige bekostigingsmodel overboord te zetten en het “Engelse”-model over te nemen de toets der kritiek absoluut niet kan weerstaan.

Lees meer

Dreiging met dwang door NZa bij pilots nieuw bekostigingsmodel GGZ en privacy-probleem

dwangVoor de bekostiging van de Geestelijke GezondheidsZorg(GGZ) is men vanaf 2015 bezig om tot een andere grondslag te komen. Het nieuw gekozen systeem berust op het zogenaamde zorgclustermodel dat uit het Verenigd Koninkrijk is komen overwaaien. In 2016 is een eerste versie ontwikkeld onder auspiciën van de Nederlandse Zorgautoriteit(NZa), waarna door middel van pilotbijeenkomsten behandelaren uit diverse domeinen in de GGZ en de forensische zorg het model getoetst werd aan de hand van eigen casuïstiek. Het nieuwe bekostigingsmodel leunt zwaar op het gebruik van ICT. 2017 is het jaar geworden van veldtesten van het model in de vorm van pilots, fase 2 van de doorontwikkeling. Instellingen en vrijgevestigde therapeuten konden zich opgeven bij de NZA. Naar nu blijkt is het animo ervoor blijkbaar, op zijn zachtst gezegd, niet optimaal. Leden van de Landelijke Vereniging van Vrijgevestigde Psychologen en Psychotherapeuten(LVVP) kregen van hun directeur  Judith Veenendaal zeer recent te horen dat als er onvoldoende aanmeldingen zijn voor de pilots de NZa zorgaanbieders aan gaat wijzen om deel te nemen. Dit dreigement van de NZa is door de NVVP-directeur weer als een cadeautje verpakt met de met veel PR-saus overgoten woorden: “ Grijp uw kans en werk aan de toekomst”.  Grote woorden, maar men helpt echter vooral administratieve problemen op een hoger niveau oplossen. De pilots zorgen voor meer administratieve belasting, omdat naast de data volgens de nieuwe systematiek ook de bestaande data zoals de dbc’s opgestuurd moeten worden naar de NZa.

Lees meer

Ooit in somatische zorg van boete gehoord als je vragenlijst niet invult?

PolitieagenteDe geestelijke gezondheidszorgGGZ) staat voor gek als het gaat om het afhankelijk stellen van zorg van het invullen van vragenlijsten over het welbevinden of een “boete aanzeggen” als er geen ROM-vragenlijsten worden ingevuld. Op dit moment is er veel te doen over het gebruik van ROM-data voor benchmarking en zorginkoop. De vragenlijsten die horen bij de Routine Outcome Monitoring waren ooit gemaakt en bedoeld om tussen patiënt en behandelaar in de GGZhet verloop van de therapie te evalueren, maar werd door toedoen van overheid, zorgmanagement en zorgverzekeraars tot een instrument voor benchmarking en zorginkoop. Eerst waren alleen de zorginstellingen verplicht om de ROM-data aan te leveren aan de Stichting Benchmark GGZ(SBG), maar sinds 1 januari 2017 ook de vrijgevestigde zorgaanbieders in de GGZ. Bij niet aanleveren van die data wordt de vergoeding voor de geleverde zorg gekort. Instellingen blijken dat te willen doorberekenen aan de patiënt of volgens een principal consultant (op LinkedIn) bij een IT-dienstverlener in de zorg de intake afhankelijk stellen van ROM-lijsten invullen. In de somatische zorg heeft zoiets nog nimmer gespeeld.

Lees meer