Schromelijk tekortschieten NZa tav informatieverstrekking

schromelijkDe Nederlandse Zorgautoriteit(NZa) blijkt haar informatieplicht jegens GGZ-cliënten schromelijk te verzaken. De NZa heeft met de Regeling geestelijke gezondheidszorg en forensische zorg de GGZ-zorgaanbieders per 1 juli 2023 verplicht een groot aantal gegevens van cliënten aan te leveren. Het belangrijkste onderdeel betreft de antwoorden op HONOS-vragenlijsten. Die vragenlijst gaat over het psychisch, fysiek, seksueel en sociaal functioneren van een cliënt.  Als verwerker van de gegevens rust op de NZa de informatieplicht om cliënten voor te lichten over de regeling. Tot voor kort deed de NZa niets op dat vlak. Inmiddels. Nu blijkt sinds 15 juni een cliëntenfolder te bestaan die sinds 22 juni online staat op de NZa-website. Actief, rechtstreeks, cliënten benaderen deed de NZa tot nu toe niet. Blijkens antwoorden van minister Helder van VWS op Kamervragen delegeert de NZa de voorlichting juist aan de zorgaanbieders. We hebben het dan over de directies en besturen van GGZ-instellingen.

Plicht

Krachtens de Algemene Verordening Gegevensverwerking is de verwerker verplicht de personen waarvan zij de gegevens verzamelt persoonlijk in te lichten. Dat staat in artikel 14 van de AVG. Dat persoonlijk  moeten voorlichten is het logische gevolg van het kiezen van een opt-out-constructie bij de toestemmingsverlening. Eén van de belangrijkste punten in die voorlichting aan de cliënt betreffende de gewraakte regeling is dat de NZa de cliënt voorlicht over het gebruik van de zogeheten privacyverklaring. Die maakt het mogelijk het opsturen van de HONOS-data te blokkeren.

NZa laat voorlichting over aan zorgaanbieders

In het antwoord van minister Helder op de eerder genoemde Kamervragen schrijft zij dat de voorlichting aan cliënten over de regeling door de NZa aan de zorgaanbieder wordt overgelaten.

Niet aan de individuele zorgverlener in dienst bij de zorgaanbieder. In antwoord 4 van het stuk van minister Helder staat namelijk:

”Om cliënten zo goed mogelijk en in begrijpelijke taal hierover te informeren heeft de NZa onlangs een patiëntenfolder gepubliceerd. Deze patiëntenfolder wordt door de NZa actief gedeeld met zorgaanbieders zodat zij deze kunnen delen met patiënten.“

Overduidelijk is dat de NZa dus de voorlichting aan cliënten overlaat aan het veld en dan juist aan de leiding van GGZ-instellingen.

Cliënt kan recht niet uitoefenen

Het vreemde fenomeen doet zich ook voor dat de aanleververplichting, die zeer recent (1 juli 2023) in ging over gegevens van cliënten, gaat die vanaf 1 juli 2022 tot en met 30 juni 2023 in zorg zijn. Die gegevens met onder andere de antwoorden op de HONOS-vragenlijsten zullen de zorgaanbieders waarschijnlijk in bulk richting NZa gaan sturen.  Al die cliënten hebben door de late en gedelegeerde “voorlichting” van de NZa niet hun recht kunnen uitoefenen om gebruik te maken van de privacyverklaring. Hun gegevens zijn al bij de NZa voor ze het door hebben. Deze gang van zaken is in een rechtsstaat onaanvaardbaar.

Rechtszaak

Aangezien die aanleververplichting een onaanvaardbare aantasting vormt van het medisch beroepsgeheim gaat de actiegroep Vertrouwen in de GGZ een bodemprocedure starten tegen de NZa. Men is inmiddels ver gevorderd met de dagvaarding voor die zaak. Op 5 september aanstaande vindt de kick-off plaats in Pakhuis De Zwijger in Amsterdam. De toegang zal gratis zijn. Een donatie stelt de actiegroep op prijs.

Een donatie is mogelijk via:  https://vertrouwenindeggz.nl/fundraisers/doneer

W.J. Jongejan, 5 juli 2023

Afbeelding van Gerd Altmann via Pixabay