SP vreest voor op toeslagenaffaire lijkende problemen bij wetsontwerp zorgfraude

toeslagenaffaireHet wetsontwerp om gepleegde zorgfraude aan te pakken, ontwerp Wet bevorderen samenwerking en rechtmatige zorg(Wbsrz), heeft bij Tweede Kamerleden heel wat losgemaakt. Op 12 november j.l. schreef ik over de CDA-leden die twijfelden over nut, noodzaak en inhoud van het wetsontwerp.  Ook de SP-fractieleden ventileerden fundamentele kritiek. Deze richtte zich met name op het op te richten Waarschuwingsregister en een InformatieKnooppunt Zorgfraude. Binnen het Waarschuwingsregister wil de minister van VWS personen en zorgaanbieders vastleggen waarvan sprake zou zijn van een “gerechtvaardigd vermoeden” van zorgfraude. Zeer problematisch is dat onterechte opname in di het Waarschuwingsregister grote consequenties heeft voor zorgaanbieders ten aanzien van contractering. Dat terwijl de rechtsbescherming van de in dit register opgenomen burger of zorgaanbieder zeer mager wordt. Dat komt mede door het standpunt van de regering dat van de opname in dit register niet  in alle gevallen melding wordt gemaakt aan de betrokkene(n).

Toeslagenaffaire-achtige toestanden

In de Memorie van Toelichting bij dit wetsontwerp staat namelijk:

“Van het informeren kan worden afgezien indien sprake is van een situatie als bedoeld in artikel 14, vijfde lid, AVG. Het gaat dan onder andere om de situatie dat bedoelde verplichting de verwezenlijking van de doeleinden van die verwerking, te weten bestrijding van fraude in de zorg, onmogelijk dreigt te maken of ernstig in het gedrang dreigt te brengen. Hier ligt redelijkerwijs een afweging en dus verantwoordelijkheid bij de verwerkingsverantwoordelijke.”

De SP-fractieleden vragen in het Inbreng Verslag, waarin de vragen van Kamerleden aan de minister over dit wetsontwerp gebundeld zijn, wat de rechtsbescherming is van personen of zorgaanbieders die een vermelding krijgen in het Waarschuwingsregister. Ze verwijzen daarbij naar de (belasting) toeslagenaffaire waarbij mensen op een zwarte lijst gezet werden zonder dat zij zich konden verweren.(pag. 12 Inbreng Verslag).

Rechtsbescherming niet in wet

Zeer problematisch is dat de rechtsbescherming van degenen die in het Waarschuwingsregister opgenomen staan niet expliciet in de wet geregeld is. In artikel 2.1 lid 2 staat dat die rechtsbescherming inhoud moet krijgen door het protocol dat de bij het waarschuwingsregister betrokken partijen, de gemeentebesturen en zorgverzekeraars, met elkaar moeten opstellen. Ook in het concept Algemene Maatregel van Bestuur(AMvB) van 04-09-2020 duikt de invulling van de deze bescherming niet op. Weer wordt daar alleen het op te stellen protocol genoemd waarbinnen de rechtsbescherming ingevuld moet worden. Het is echter de taak van de wetgever om de rechtsbescherming vorm te geven. Die dient niet gedelegeerd te worden aan een combi van een publieke partij(gemeenten) en private partijen(zorgverzekeraars). Consequenties bij onterechte opname in het register kunnen voor individuen weigering van verzekering en voor zorgaanbieders weigering van contracten zijn.

Kans op risicoselectie

De SP-fractieleden maken zich ook zorgen over het gevaar dat zorgverzekeraars en gemeenten de signalen die vervat zijn in de opname in het Waarschuwingsregister en in de data die het InformatieKnooppunt Zorgfraude vastgelegd en verrijkt worden, voor andere doeleinden gebruiken. Specifiek denken de fractieleden aan indirecte risicoselectie bij zorgverzekeraars. De fractieleden dringen erop aan dat de regering hier op ingaat.

Slechte opzet wet

Het zeer uitvoerige commentaar van Kamerleden van vooral CDA en SP wijst op een wetsontwerp dat aan alle kanten rammelt. De manier waarop het begrip rechtsbescherming ingevuld wordt voor eventueel onterecht in het waarschuwingsregister opgenomen personen/ zorgaanbieders is beneden alle peil. Het doet de SP aan de toeslagenaffaire denken.  Het zal mij benieuwen of het kabinet het wetsontwerp in de huidige vorm door het parlement zal kunnen loodsen. Zeker als de eigen partij van de minister van VWS, het CDA ook al fundamentele kritiek heeft.

W.J. Jongejan, 14 november 2020

Afbeelding van Anemone123 via Pixabay